Naar aanleiding van de release van de 12e generatie Intel Core-processors, Alder Lake, Intel heeft een nieuwe hybride architectuur in hun processors overgenomen. Deze architectuur wordt "hybride" genoemd omdat deze twee verschillende typen kernen gebruikt: de P- of "prestatie"-kernen en de E- of "efficiency"-kernen. Dit heeft geresulteerd in een breed scala aan kerncombinaties die beschikbaar zijn in Intel-processors. In dit artikel leggen we uit hoe deze nieuwe architectuur werkt en hoe deze uw computerervaring kan beïnvloeden, zodat u een weloverwogen beslissing kunt nemen bij het kiezen van een processor die aan uw behoeften voldoet.
Moderne processors bevatten kernen of kernen, die fungeren als kleine processors die zelfstandig taken kunnen uitvoeren. Met de introductie van de hybride architectuur van Intel zijn niet alle kernen gelijk wat betreft hun prestatiemogelijkheden. Het is belangrijk om te begrijpen hoe ze werken en hoe ze de algehele prestaties van de processor beïnvloeden.
Wat zijn de P- en E-cores van Intel-processors?
Als je de technische specificaties van moderne Intel-processors bekijkt, zul je merken dat er nu verschillende waarden, getallen en snelheden zijn voor de interne kernen van de processor. Dit komt door de nieuwe hybride architectuur die Intel heeft aangenomen, die uit twee typen kernen bestaat. In het volgende gedeelte zullen we kort de verschillen tussen deze twee soorten kernen uitleggen, zodat u ze beter kunt begrijpen.
De moderne processors van Intel worden geleverd met een hybride architectuur die gebruik maakt van twee typen kernen: de P- of P-kernen en de E- of E-kernen. P-Cores zijn groter en krachtiger, ontworpen om maximale prestaties te bieden, en hebben Hyperthreading-technologie waarmee ze twee taken per parallelle kern kunnen uitvoeren. E-Cores daarentegen zijn kleiner en minder krachtig, ontworpen om lagere prestaties te bieden met een matig verbruik, en kunnen slechts één taak per core tegelijkertijd uitvoeren, zonder Hyperthreading-technologie.
Processors kunnen een combinatie van P- en E-Cores hebben, zoals 8P + 8E, wat betekent dat 8 cores P-Cores zijn en nog eens 8 E-Cores, wat zowel prestaties als efficiëntie biedt. Alleen de P-Cores hebben echter Hyperthreading, dus een processor met 16 cores (8P + 8E) zou slechts 24 verwerkingsthreads hebben, niet 32 zoals verwacht. Daarnaast kan elk type core een andere topsnelheid hebben, zoals P-Cores tot 5.1 GHz en E-Cores tot 3.9 GHz.
Welk type kernel is het beste voor elk geval?
Dat is juist. De Core i9-13900KS is een voorbeeld van een processor die zowel P- als E-cores combineert in een hybride architectuur. Het heeft in totaal 24 kernen en 32 verwerkingsthreads, met 8 P-kernen en 16 E-kernen. Dit betekent dat het voor algemene taken alle 24 kernen en 32 threads zal gebruiken, maar wanneer hogere prestaties nodig zijn, zullen de P-kernen worden ingeschakeld om 8 extra kernen en 16 threads met een hogere snelheid te bieden. Dit zorgt voor een balans tussen prestaties en efficiëntie, afhankelijk van de werklast.
Als het gaat om het kiezen tussen processors met verschillende combinaties van P- en E-cores, hangt de beslissing uiteindelijk af van uw specifieke behoeften. Het hebben van meer E-cores zorgt voor goede prestaties met een laag stroomverbruik voor alledaagse taken, terwijl het hebben van meer P-cores zorgt voor uitzonderlijke prestaties wanneer zware verwerking nodig is ten koste van een hoger stroomverbruik.
Voor de meeste conventionele pc's en gaming-pc's is de optimale keuze een processor met een uitgebalanceerde combinatie van P- en E-cores die een matig stroomverbruik levert en toch goede prestaties levert. Voor toepassingen die meer verwerkingskracht vereisen, zou een processor met meer P-cores echter de betere keuze zijn, omdat deze betere prestaties biedt ten koste van een hoger stroomverbruik.